VINU maakt gebruik van cookies om de bezoekers van onze website de best mogelijke ervaring te bieden en voor het analyseren van bezoekersgedrag waarmee we onze website kunnen verbeteren.

Elektrisch vliegen: toekomst of utopie?
Omdat VINU dit jaar 20 jaar bestaat blikken we terug én kijken we vooruit. Dit keer zoomen we in op het complexe innovatietraject rond elektrisch vliegen. In 2018 en 2019 werkte VINU als programmamanager en adviseur aan de innovatiestrategie voor elektrisch-hybride vliegen en de opzet van het Nationaal Actieprogramma Elektrisch Hybride Vliegen.

Urgentie: stiller, schoner en veiliger

‘Wonen onder Schiphol: slapeloos, radeloos, rechteloos,’ kopt NRC op 22 mei 2025. Groei van Schiphol staat haaks op de gezondheid van een groot deel van de Randstad. Maar elektrisch vliegen kan stiller en tegelijkertijd bijdragen aan de enorme verduurzamingsopgave waar de luchtvaartsector voor staat.

De techniek is nog niet klaar voor de omslag: de ontwikkelingen gaan snel, maar de batterijen zijn nog niet zover om te kunnen vliegen met grotere toestellen en over langere afstanden. Fundamentele technologische doorbraken zijn nodig om de batterijen geschikt te maken.

Een nationale aanpak is lastig als klein land in een sector die zo internationaal opereert. Hoe zet je dan toch stappen? VINU werkte zeven jaar geleden aan de innovatiestrategie voor elektrisch-hybride vliegen. Toen gaf het Klimaatakkoord urgentie aan verduurzaming van de luchtvaart en elektrisch vliegen, inmiddels komt daar een compleet veranderd geopolitiek speelveld bij. Europa investeert volop in strategische autonomie op het gebied van technologie, innovatie en defensie.

Toen: samenwerking vormgeven in gezamenlijk actieprogramma
VINU werkte in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Water als kwartiermaker aan elektrisch-hybride vliegen om overheden, bedrijfsleven en kennisinstellingen samen te brengen. Er lagen kansen voor het bedrijfsleven, de kennispositie van Nederland én een gezondere leefomgeving. Maar hoe verzilver je die?

De partijen bepaalden samen het ambitieniveau – en dat lag hoog: Nederland wil koploper elektrisch vliegen worden. Om daar te komen zijn doelen gesteld voor de grote luchtvaart (o.a. eerste elektrisch-hybride toestellen in gebruik in 2030), luchthavens (in 2030 emissieloos op de grond) en kleine luchtvaart (‘living lab’ voor de innovaties rond elektrisch hybride vliegen in de grote luchtvaart).

De strategie was gericht op het ontwikkelen van een ecosysteem van bedrijven, kennisinstellingen en overheden met één gedeelde missie. Onderdeel van het ecosysteem was een aanpak om markt te creëren, start- en scale-ups te helpen en Europees samen te werken. Er was aandacht voor onderzoek, testen en experimenteren. En luchthavens brachten infrastructuur op tijd op orde.

Nu: waterstof en Europa
Als je nu op Schiphol rondkijkt dan zie je -op de vliegtuigen na- vooral elektrische voertuigen. Passagiers, koffers, vracht en brandstof worden op de grond zoveel mogelijk elektrisch vervoerd. Rotterdam-The Hague Airport is een proeftuin voor CO2-neutrale luchtvaart en sluit aan bij de samenwerking op groene waterstof in de regio en experimenteert met infrastructurele aanpassingen op de luchthaven voor elektrisch vliegen. Van het trainen van de brandweer tot het aanleggen van laadinfrastructuur. Belangrijke stappen, maar nog niet de echte doorbraak.

Op 24 april 2025 informeerde minister Madlener van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) de Tweede Kamer:

De innovatiestrategie van het Rijk: kleinschalig beginnen, samenwerken met onze Europese buren en €383 miljoen investeren vanuit het Nationaal Groeifonds – de luchtvaartsector legt hetzelfde bedrag in. Interessant is de nauwe samenwerking met Benelux-landen en Noordrijn-Westfalen die de minister aankondigt: Europese samenwerking is hot.

Straks: strategisch combineren om doorbraken te forceren
Elektrisch vliegen is een goed voorbeeld van een technologie gedreven innovatie. Bedrijfsleven, kennisinstellingen én overheid willen er graag vroeg bij zijn. En bedrijfsleven en overheid vinden elkaar in het belang van een concurrerende Nederlandse economie.

Er zijn tot dusver goede stappen gezet in de meer voorbereidende fase. Maar om elektrisch vliegen over grotere afstanden tot een alternatief te maken zijn fundamentele technologische doorbraken noodzakelijk. Hiervoor is veel geld nodig en de bereidheid om stevige risico’s te lopen. Want het kan ook mislukken.

De overheid kan in onze ogen een grote(re) rol spelen om de markt uit te dagen om tot doorbraken te komen rond de batterijtechnologie. Grote investeringsopgaven die raken aan de luchtvaart kunnen hiervoor worden ingezet. Wij denken aan de uitbreiding van Schiphol, de investeringen in defensie en de strategische autonomie van Europa. Als je bijvoorbeeld de uitbreiding van Schiphol koppelt aan de verplichting om emissievrij en elektrisch te vliegen, dan ontstaat een ander investeringsklimaat. Of als je investeringen in defensie koppelt aan het elektrificeren van een deel van de militaire luchtvaart.

Nederland wil koploper elektrisch vliegen worden. We hebben een hele goede uitgangspositie hiervoor. Nu nog de durf om investeringsopgaven rond Schiphol en defensie te koppelen aan deze ambitie.

071 364 8968
Verstuur bericht
Verstuur bericht