
De 400 Nederlandse treinstations zijn cruciaal in de mobiliteitstransitie én bieden kansen voor verdichting. Hoe zorgen we dat stations goed werken voor de reiziger en uit kunnen groeien tot prettige, leefbare knooppunten in de stad? Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, ProRail en NS Stations vroeg VINU – samen met Mu consult, Urhahn en Roland Berger – om inhoudelijk te adviseren over een Stationsvisie en om te komen tot een bijbehorend afsprakenstelsel.
Wat is er bereikt?
Wij richtten ons in dit project op proces- en stakeholdermanagement. Ons eerste advies was om breder te kijken: betrek meer partijen uit de fysieke stationsomgeving bij de Stationsagenda. Breder betekent vaak ook complexer. Die complexiteit hebben we teruggebracht door onderscheid te maken in typen stations in Nederland: city center stations, transferstations en hub stations verschillen onderling in ligging, omvang en vervoerswaarde/knoopwaarde. Juist door scherper onderscheid te maken kunnen stakeholders tot betere afspraken komen.
Ik heb op veel plekken in Nederland gewerkt aan stationsomgevingen – in de rol van projectmanager of omgevingsmanager. Daardoor snap ik hoe de belangen van verschillende partijen in elkaar steken. In deze klus kon ik deze inhoudelijke kennis goed gebruiken voor de werksessie die ik begeleidde.
Tatjana Stenfert Kroese
Klik hier als je de ‘kamerbrief bij stationsagenda’ wilt lezen.
